zondag 27 april 2014

Water(gevecht) in Thailand, de lucht in naar Indonesiƫ en de vurige Ijen krater

Na mijn vorige blogpost verbleef ik nog enkele dagen in Thailand, voor ik naar wonderschoon Indonesië vloog.

Na een prachtige zonsondergang op 't strand, besloten we vroeg naar bed te gaan, zodat we op tijd ons bed uit zouden kunnen komen voor de zonsopkomst op Koh Lanta. Deze zou super moeten zijn aan de andere kant van het eiland. Die avond huurden we de scooters vast en we zetten onze wekkers op standje veel-te-vroeg. Met de slaap nog in onze ogen begonnen we aan onze rit. Helaas bleek het strand vinden een te grote uitdaging, zo 's ochtends vroeg. Gelukkig zagen we onderweg nog behoorlijk wat van de zonsopkomst. Met de mist die uit het landschap opsteeg echt een plaatje.
Toen de zon eenmaal op was zochten we een plekkie voor het ontbijt. Ook dit bleek moeilijk en toen we dan eindelijk wat hadden gevonden bleek het ook een regelrechte uitdaging voor de bediening om het juiste te serveren. Maar slechs 3 van de 6 mensen een compleet ander gerecht voorschotelen is best een aardige score...
Hierna zijn Evy, Sjoerd en ik een grot gaan bekijken met gids. De anderen hadden hier geen trek in en namen dus afscheid van ons. We vroegen de man achter de "balie" of het een lastige tocht in de grot was, gezien we alledrie slippers aan onze voeten hadden. Zijn weerwoord was dat het prima te doen was op slippers. Ja, natuurlijk zegt hij dat het kan, om geen klanten en dus knaken mis te lopen... De tocht naar de grot was al een kleine uitdaging op slippers, met wat geklauter en geglibber over gladde keien. De grot zelf was eigenlijk bijna niet te doen. Als een soort oude oma'tjes schuifelden we voetje voor voetje de grot door. En de gids maar gaan. Dat was overigens ook een stuk chagrijn dat niets zei. Misschien wilde hij "die zeurende Nederlanders" (over onze slippers) lozen? Uiteindelijk was het een hilarische ervaring, mede door het geglibber, het feit dat we op een gegeven moment liggend een doorgang door moesten en Sjoerd die bestaande nummers zong in zijn fake Russische taaltje.
De rest van de dag zijn we heerlijk gaan cruisen met de scooter. Een paar vrouwtjes vroegen, direct toen ze ons zagen: "cave?" Want ja, we waren zo ontzettend smerig door die grot. Pas na de zonsondergang, die we bekeken op een superschattig strandje, begaven we ons terug naar het hostel.
Ik werd uitgenodigd door de hosteleigenaar en diens familie om bij ze aan tafel te komen zitten en met ze mee te eten. Wat ontzettend lief! En jeetje wat eten die mensen pittig. Met stipt staat op wat ik daar heb gegeten op 1! Ik denk dat ik wel 20 minuten heb geprobeerd de brand in mijn mond te blusen.

De dag erna was het dan eindelijk die dag waar we al zo lang naar uitkeken: Songkran, het Thaise nieuwjaar. Tijdens dit enome watergevecht in de straten van Koh Lanta, blijft werkelijk niemand droog. Of je nu local of toerist, kind of volwassene was, iedereen dromde samen om de enorme bakken water die de locals buiten hadden gezet. Naar hartelust vulde iedereen zijn fles/emmer/waterpistool bij om deze vervolgens te legen op voorbijgangers op scooter, ter voet, achterop auto's of in tuktuks. De enige mensen die je niet nat mocht maken, waren moslims, gezien het een Boeddhistisch feest is.

De dag erop waren mijn kleren nog steeds niet helemaal opgedroogd, maar ze moesten toch mijn backpack in, gezien Evy, Sjoerd en ik ons weer naar het vaste land van Thailand zouden begeven. Ik bereidde me mentaal voor op de lange reis. Om 12.30 werden we opgehaald per minibus om zo met de ferry naar Krabi te vertrekken. Omdat het zo druk was, ontstond er ineens de kans dat we de ferry (en ik daardoor mogelijk de nachtbus naar Bangkok en dan dus direct ook mijn vlucht naar Indonesië) zouden missen vanwege de drukte rondom Songkran. De chauffeur lostte dit handig op door alle auto's in te halen via de verkeerde rijstrook. Echt, de rijstijl van de Thai... In dit geval was ik er echter wel blij mee want we waren prima op tijd in Krabi. Hier nam ik afscheid van Sjoerd en Evy, die er bleven. Ik vertrok per nachtbus naar Bangkok. Wat me echter niet was verteld, was het feit dat we met zijn 13en in een busje voor 10 personen moesten. Allemaal zaten we als sardientjes in een blikje, in het busje gepropt. En dat voor 2,5 uur lang. Ik denk dat we de luxe van de nachtbus erna dan ook wel verdiend hadden. Ruime stoelen en zelfs een film die op werd gezet. Dat kon slechter. Al om 05.30 kwamen we in Bangkok aan, waar een Taxichauffeur me een ritje van 1400 Baht (meer dan 35 euro) naar het vliegveld wilde verkopen. Mijn backpack had 'ie al achterin de auto gekieperd. Daar ging ik uiteraard niet mee akkoord en ik vond 2 mensen die wel een taxi wilden delen. Voor 300 Baht pp reden we uiteindelijk naar het vliegveld. In de hectiek/vroegte was ik echter vergeten dat Bangkok 2 vliegvelden kent. Uiteraard was ik naar het verkeerde gegaan. Haha oeps! Gelukkig was er een gratis shuttlebus tussen de vliegvelden en na 45 min was ik er dan eindelijk. Ik was zelfs nog anderhalf uur te vroeg om in te kunnen checken en door de douane te gaan. Tijdens de vlucht zelf ontmoette ik een aardige Indonesiër, die me van alles uitlegde over tradities, legendes en het geloof in Indonesië. Na de vlucht was ik zo moe dat ik niet eens zin had echt te onderhandelen met opdringerige taxichauffeurs. "Breng me gewon naar het hostel. Ik wil naar bed", dacht ik. Toen ik om 17.00 aankwam in het hostel, was ik dan ook enorm blij eindelijk een bed te zien. Ik was immers al onderweg geweest sinds 12.30 de vorige dag!

In Jakarta had ik een ontzettend leuk hostel geboekt. Six Degrees was modern, schoon en gezellig en de derde nacht sliep ik in een kamer/dorm met een soort hokjes in de muur. Elk hokje was echt een eigen kamertje met een gordijntje dat je kon dicht doen als je wilde slapen of behoefte had aan privacy. Een dorm dus, maar toch ook weer niet. Bedstee?
Ik ontmoette leuke mensen in het hostel, waarmee ik naar de oude Bataviastad gegaan ben. In de tijd van Nederlands-Indië was dit de hoofdstad. De Nederlandse invloeden zie je terug in de gevels van sommige gebouwen, die doen denken aan de Amsterdamse grachtenpanden en er is zelfs een "Gouverneurskantoor".
Vervolgens werden we in een museum belaagd door groepen schoolkinderen die met ons op de foto wilden omdat we blanke toeristen zijn en zij dit bijna niet zien. Je bent voor hen bijna een soort celebrity. Erg onwerkelijk en ongemakkelijk. Toen we dachten klaar te zijn met onze fotoshoot, wilden de juffen van deze kids ook nog eens. Op een gegeven moment waren we er dan ook wel klaar mee en begaven we ons naar buiten, om hier te worden overvallen door een gigantische stortbui. Elke dag dat ik in zowel Jakarta als Yogyakarta was, kwam het op een gegeven moment wel met bakken uit de hemel. Meestal duren deze buien een goed uur en komt er na regen daadwerkelijk weer zonneschijn.
Die avond wilden we naar een grote mall en konden we in de drukte maar geen taxi krijgen. Hierop besloot een soort tuktuk chauffeur dat we wel met zijn 5en in zijn bakkie konden. Foto hiervan staat op Facebook. Want dat het kon was een feit, maar hoe? Grappig was het wel. De chauffeur vond het maar wat leuk om 5 blanke dames in zijn TukTuk te hebben en moest dit showen aan wat collega-chauffeurs.
Met Karima en Sarah ben ik de dag erna op zoek gegaan naar een nieuw onderkomen voor ons laatste nachtje Jakarta, gezien Six Degrees vol zat. Hierna hebben we genoten van een heerlijke lunch met Javaanse specialiteiten.
De ochtend daarop nam ik de trein naar Yogyakarta. Deze 8 uur waren geen straf, gezien het uitzicht niet te versmaden was. De rit voerde langs rijstvelden, bananenbomen en bergen, zo groen ook allemaal! Tevens ontmoette ik in de trein weer een aardige Indonesiër die me wat tips gaf voor mooie dingen in Yogya en Bali. Met 2 mensen ben ik erna op zoek gegaan naar een hostel. Daar ontmoetten we nog meer mensen, waaronder uiteraard 2 Nederlanders. De nummer 1 toerist op Java, geloof ik. De dag erna zijn we met zijn allen de boel wat gaan herkennen en genoten we van Traditionele Javaanse dans.
We boekten tevens een tripje voor de dag erna. Om 04.00 werden we opgepikt om de zonsopkomst over o.a. de Borobudur te bewonderen. Na de zonsopkomst de Boronudur zelf bezocht met een gids die rijk aan kennis was. De Borobudur is een Boeddhistische tempel, die op de Unesco Werelderfgoedlijst staat en deel uitmaakt van de huidige 7 wereldwonderen. En ik begrijp waarom. Wat een prachtige en unieke tempel. De tempel waar we erna naartoe gingen was ook al zo mooi en staat tevens op de Werelderfgoedlijst. Ik heb het over de Prambanang.
Met Esther en Jolien heb ik de volgende dag een Batikcursus gedaan. De mensen wisten echt waar ze over spraken en waren heuse kunstenaars. Wij hebben het er ook best aardig vanaf gebracht en ik maakte een draak voor broertjes Jonas en Jasper. Wel met voorbeeld overigens, dat ik naar smaak aanpastte. Die avond nam de manager van het hostel mij en een hele groep andere hostelgasten op stap. We gingen uit eten in één van de betere restaurants in Yogya - waar je voor een hoofdgerecht nog steeds maar ongeveer 3 euro betaalde - en begaven ons erna naar een soort plantsoen waar twee bomen stonden. De legende gaat dat al je dromen uitkomen, wanneer je met ogen dicht tussen de bomen doorloopt. Het tv programma Mythbusters legde me ooit echter uit dat mensen niet meer dan enkele meters in een rechte lijn kunnen zwemmen of lopen, vóór ze in circels gaan bewegen. Daar gaat de mystiek. Tot slot hebben we met 9 personen een ritje gemaakt in een met neon verlichtte haan. Deze trapauto was er één uit velen en het blijkt echt een attractie in Yogya te zijn.
Op mijn laatste dag in Yogyakarta heb ik een kookcursus en een zilvercursus gedaan. Een heel leuk vrouwtje leerde me onder andere een geweldige garnalencurry en gesauteerde aubergines, Indo-style te maken. Tijdens de zilvercursus maakte ik een ring, samen met twee lieve Nieuw-Zeelanders.

De volgende ochtend begon mijn 3-daagse trip naar de Bromo vulkaan en Ijen krater. Meteen ontmoette ik al leuke mensen in het busje: de Engelse Emily en Hayley en de Franse John. En waar iedereen van stond te kijken: zelfs een piepjonge Thaise monnik deed het tripje. De eerste dag bestond compleet uit rijden, van 08.00 tot 22.00. Met knetterharde regen en al doodsangsten uitstaand reden we de laatste twee uur de berg op.
Volgende dag moesten we om 04.00 al in het busje zitten naar het viewpoint over Bromo en voor de kleurrijke zonsopkomst. Hierna reden we door naar de Bromo vulkaan. Het landschap verandert daar plots van supergroen naar een uitgestrekte grijze vlakte en daar doemt ineens de Bromo vulkaan uit op. Deze actieve vulkaan hebben we beklommen, zodat we in diens krater konden turen. Enorme wolken stoom komen er uit zetten en het uitzicht vanaf de top is onbetaalbaar. Daarna hebben we de rest van de dag weer gereden naar Ijen. Om 01.00 vertrokken we daar al weer, om op tijd te kunnen zijn voor één van de meest fascinerende en spectaculaire dingen die ik ooit heb mogen aanschouwen: blauw vuur!
Maar eerst de pittige, supersteile klim van ruim anderhalf uur in het pikkedonker naar de top. Gelukkig met gids. Het was superkoud, dus we droegen allemaal vele lagen. Vanaf boven aan de rand van de Ijen krater zagen we 't blauwe vuur al. Toen moesten we nog 40 min naar beneden over rotsblokken klauteren, de krater in. Maar was het waard. We konden superdichtbij komen en wat was dit vuur felblauw zeg. Dit ontstaat doordat zwavel op de bodem verbrandt. Dan naar boven, weer pittig. Het blauwe vuur dooft vervolgens in het licht van de zonsopkomst, waardoor de groene kleur van het kratermeer zich toont. De tocht naar beneden is in het ochtendlicht en laat zien hoe steil de tocht daadwerkelijk was. En ik kan je vertellen dat dit echt ontzettend steil is. Pas rond 07.00 uur waren we weer beneden na dit enorme avontuur.
Na het wat karige ontbijt (een klein broodje en een ei na zo'n urenlange tocht... are you kidding me?), vertrokken we om 08.00 richting de ferry naar Bali.
De bus van Java naar Bali, waarmee we tevens op de ferry gingen, was druk (met krukjes in gangpad), gigantisch heet en enorm krap. Ik moest met mijn benen in het gangpad zitten omdat ik ze voor me niet kwijt kon. Wij als toeristen tussen locals. Een vrouwtje achter me zat steeds aan mijn haar, heel gek.

En nu ben ik in Kuta op Bali, vanwaar ik vandaag al weer verder reis naar Ubud. Daarover meer in de volgende post.
Nog maar kort voordat ik weer naar huis ga. Ik heb er ook wel zin in, na zolang van iedereen weg te zijn en heb zelfs zin om een baan te gaan zoeken.

Liefs

donderdag 10 april 2014

There's no business like monkey business, but Elephants do it better

Van relaxed Pai, gaan we vandaag alweer naar Chiang Mai, Lopburi, Koh Phi Phi en Koh Lanta. Soms kan ik bijna niet meer bijhouden wat ik allemaal heb gedaan en heb mogen zien. Zoveel indrukken, zoveel moois! Ik zal proberen een weerspiegeling van de/mijn werkelijkheid te geven. In Chiang Mai nam ik afscheid van gekke, lieve Sjoerd. Wat hebben we gelachen. Heel fijn om op deze manier even een beetje thuis te zijn. Maar eerst zijn we nog naar de Saturday Walking Street geweest om daar ons avondeten bij elkaar te scharrelen. Compleet gefrustreerd kwamen we er weer vandaan, gezien het een hele attractie is voor hordes toeristen. Bijna konden we ons niet losmaken van de menigte, maar op zich wel weer een beleving, zoiets. Verder heb ik een geweldig uitstapje gedaan naar het Elephan Nature Park. Sommigen zullen het wellicht al op Facebook hebben gelezen, gezien ik er wat schreef bij de foto's die ik plaatste, maar ook hier zal ik uitleggen wat het precies inhoudt. Het begon allemaal met Lek, "klein" in het Thais. Maar deze dame heeft een ontzettend groot hart. In haar uppie begon ze ongeveer 25 jaar geleden met het redden van olifanten, die slecht werden behandeld door hun eigenaren. Thailand staat bekend om het rijden op deze prachtdieren, iets dat vele toeristen dan ook graag mogen doen. Maar eigenlijk is het allemaal niet zo rooskleurig als het wel lijkt. Een olifant is geen dier om op te rijden. Hij laat het ook niet zomaar toe. Om ze te domesticeren, wordt grof geschut ingezet. Er werd ons een documentaire gezien, waarbij enkele geschiedenissen van geredde olifanten werden uitgelicht. Stuk voor stuk hartverscheurend en stuk voor stuk een weerspiegeling van hoe mensen met olifanten omgaan. Zo gebruikt men een traditionele manier om ze onderdanig te maken. Er wordt met een stok geslagen op de slurf, men gebruikt stokken met een spijker om verwondingen aan te brengen op bijvoorbeeld de poten van een olifant en ga zo maar door. Als je dit al voor je ziet, wil je de volgende paar zinnen wellicht overslaan. Een van de olifanten in het park is blind. Haar verhaal begint bij een wonder dat zwangerschap heet. Helaas werd ze gevangengenomen en hard aan het werk gezet in de bergen. Op een gegeven moment moest ze bevallen. Hier werd haar de rust en tijd niet voor gegeven, waardoor het babyolifantje de berg afrolde en deze val helaas niet overleefde. Met een gebroken hart weigerde de olifant om werk te verzetten. Rouwen werd haar echter niet gegund en men schoot haar in haar ene oog. Na enkele dagen van werk stortte de arme olifant in. Men besloot dat het een goed idee was om haar ook in haar andere oog te schieten. Haar verhaal is er helaas een uit velen. Gelukkig was daar Lek, die de olifant kocht en besloot dat ze nooit meer hoefde te werken. En zo deed ze dat met velen. Deze slimme dieren mogen een heerlijk rustig leven lijden in het park, waar ze genoeg ruimte hebben, vrij kunnen rondlopen en voldoende voedsel en positieve aandacht krijgen. Als toerist betaal je entree, die rechtstreeks naar de verzorging en het voedsel voor de olifanten gaat. Je kunt ze dan helpen voeren en wassen in de rivier. Allemaal alleen als de olifant het wil. Heel mooi vond ik de band tussen Lek en haar vrienden/familie, want zo zien zowel zij als de olifanten het. Wij hadden het geluk een bijzonder spel te mogen aanschouwen. Lek ging achter een steen zitten en de olifant ging daadwerkelijk naar haar op zoek, puur vanwege hun liefde voor elkaar. Hij ging boven haar staan en raakte haar liefdevol aan met haar slurf. Ze voelen dat Lek alleen maar het beste met ze voor heeft en lijken hun dankbaarheid te uiten. Een heel verhaal, maar dit is iets dat mij echt aan het hart gaat. De wereld kan nooit genoeg mensen zoals Lek hebben. Tijdens deze dag ontmoette ik twee hele leuke mensen: de Amerikaanse Danny en de Duitse Phillip, toevalling uit hetzelfde hostel. Die avond besloten we met een heel stel mensen te gaan stappen. Behalve gezellig, ook een interessante avond. De Rooftopbar was erg gaaf. Iedereen zat er lekker op kussens op de grond. Een irritante Thai, die anderhalve kop kleiner was dan ik, besloot helaas dat 'ie me wilde versieren. Ik kwam maar niet van hem af, hoe vaak ik ook zei geen drankje te willen, dat ie weg moest gaan, etc. Irritant! Een ding moet ik ze hier meegeven: ze zijn wel vasthoudend... Ook Nadine, een half Thais, half Duits meisje, kan dit navertellen. Na de rooftopbar bezochten we "Spicy". De naam klinkt interessant en die maakte de verwachtingen waar. Thaise jongedames waren hier op zoek naar blanke jongens en blanke oudere mannen waren op zoek naar Thaise jongedames. En dat ging er behoorlijk vunzig aan toe. Ook dit soort dingen zijn nog steeds aan de dagelijkse orde in Thailand. Nadat we ons drankje op hadden waren we hier dan ook snel weg. Je kunt veel zeggen van deze avond, maar saai was hij zeker niet. Verder in Chiang Mai genoten van een Thaise massage, niet zo ontspannend als dat klinkt. Je wordt echt in allerlei bochten gevouwen en gekraakt. Je spieren worden wel echt losgemaakt en naderhand voel je je hernieuwd. Ik ben ook nog een fiets wezen huren met Nadine, maar het was zo warm en we waren erg moe, dat we misschien anderhalf uur hebben gefietst en welgeteld 1 tempel hebben gezien. Daarna zijn we lekker gaan ontspannen, wat soms ook nodig is. Tot slot heb ik vanaf Chiang Mai een dagtripje gedaan naar Chiang Rai en The White Temple. Een vreselijk slaapverwekkend dagje en ik was de enige niet-Chinees. Helemaal niet erg, maar wel jammer als niemand Engels spreekt en je zelf geen Chinees spreekt. The White Temple was prachtig, maar ik was blij terug te zijn. En toen besloot ik naar Lopburi te gaan, een stad met oude tempels en hordes makaken (een apensoort), op ongeveer 2 uur van Bangkok. De nachttrein ernaartoe was relaxed, met een eigen bedje met gordijntjes en airco. Wat minder relaxed was, was het feit dat ik om 05.00 uur aankwam. Dit betekende dat er niets open was. Ik heb wat rondgelopen en gedommeld op het station. Hierna zocht ik het hostel op, dat pas na 08.00 open was. Helaas was de check-out 12.00, wat betekende dat ik veel tijd te slijten had voor ik de kamer in kon. Ik nam een ontbijtje, liep wat rond en boekte mijn bus naar Bangkok voor de ochtend erna. Hierna brak zo langzaamaan lunchtijd aan en erna verwachtte ik toch wel eens in de kamer te kunnen. Mij was beloofd dat ik er 12.00 uur in zou kunnen. Maar tegen die tijd werd gezegd dat ik nog even moest wachten. En toen nog even, waarna even in 2 uur veranderde. Tegen die tijd was ik zo chagrijnig van de vermoeidheid en was ik inet goed te pas, dat ik ze bijna smeekte om nou eens die verrekte kamer in te mogen. Eindelijk groen licht en ik stortte me op het bed, om er de 3 uur erna niet uit te komen. Vervolgens wekte ik mezelf met een verfrissende douche en ging op zoek naar tempels met apen. Nou, die waren er in overvloed! Ik lette even niet op en was opeens op 2 meter afstand van een horde apen, die middenop de straat zaten. Ik durfde niet te dichtbij te komen en loop maar geen risico op Rabies, maar ik vond het wel heel bijzonder om te zien. De tempels op zich waren ook prachtig, maar waren eigenlijk bijna hetzelfde als die in Ayathaya. De dag erna naar Bangkok met de nachttrein en vervolgens die nacht van Bangkok door naar Koh Phi Phi per bus met Jacky. Op dit eiland hadden we een fijn hostel met prachtig uitzicht op het strand en de heldere azuurblauwe zee. Wauw! Heel leuk was dat Sjoerd ook naar Koh Phi Phi kwam, dus van de dag erna hebben hebben we een feestje gemaakt, met relaxen op het strand en die avond gezellig uit eten - eigenlijk doe je dat sowieso elke dag voor ontbijt, lunch en avondeten, omdat je in de hostels niet zelf kunt koken en het goedkoop is - met een hele groep. Hierna zijn we gaan feesten op het strand, wat echt geweldig was! De dag erna hebben we met de hele groep een boottripje gedaan met snorkelen, een vikinggrot, een strand vol apen en bovendien het strand uit de film The Beach, met Leonardo DiCaprio. Het hoofdstrand op zich was niet zo bijzonder, maar ze werd omlijst door hoge rotsen en kliffen en als je over het eiland naar de andere kant liep, kwam je daar bij een trap naar beneden. Hier hebben Sjoerd en ik ook gesnorkeld en het was daar zo ontzettend mooi! Met rotsen, kleurrijke vissen en koraal en de heldere blauwe zee was het een strand uit miljoenen. Echt een unieke plek. Gister zijn we (Sjoerd, Jacky, Evy, onze nieuwe vriendin Layla en ik) naar Koh Lanta gegaan, ook een van Thalands mooie eilanden. De aankomst was echter een crime. We werden helemaal gek van opdringerige mensen die ons in hun hostel wilden hebben. Na hen te hebben afgeschud, werden we van alle kanten belaagd door taxi- en tuctuc-chauffeurs. "Tuctuc?", "Whe're you go?", "Taxi, seveny Baht", "You go wi miee" (nee geen typfouten), weergalmde het op de straten bij de pier van Koh Lanta. Ik kon mezelf niet meer horen nadenken, dus we besloten te mee te gaan met een vriendelijk en rustig vrouwtje en haar tuctuc. Ze ging dan wel heel erg langzaam, maar in elk geval bracht ze ons waar we moesten zijn en was ze de enige niet-opdringerige chauffeur. En toen zagen we het hostel, een gafe plek! De eigenaar is een enigszins excentrieke man, met een enorm charisma en een energieke geest. Hij en zijn vrouw zijn zo ontzettend gastvrij, niet te geloven. Die avond konden we gebruik maken van de barbeque of kon zijn vrouw voor ons koken, als we de ingredienten meenamen. Zo gezegd zo gedaan en we bezochten de lokale markt, waar we allerlei verse groenten en fruit scoorden en zelfs een vis. Sjoerd en ik wisten, dankzij de kookcursus in Pai, precies waar we op moesten letten. Dat gaat iets verder dan "Hij moet gekoeld liggen op ijs". Ook de ogen dienen helder te zijn bijvoorbeeld. Die avond hebben we alles bereid, waarna we een geweldige barbeque hadden, onder het genot van een Chang biertje, het bekendste Thaise bier. De kindjes van de eigenaar zijn overigens ook erg grappig. Ze lijken het enorm gezellig te vinden dat er verschillende mensen in het hostel zijn en proberen je dan ook van alles duidelijk te maken. Jammer dat ik geen Thais spreek, op wat basiswoordjes na. Khop Khun Kra (bedankt) voor het lezen). Liefs!